Soorten diabetesvoet

Er bestaan verschillende gradaties voor een diabetesvoet. Deze wordt dikwijls ook gehanteerd om een indeling te maken van de terugbetalingsmogelijkheden. 

 

We maken hierbij het onderscheid tussen volgende groepen:

 

Neuropathie

Orthopedische misvormingen

Vaatlijden

Voetwondes of amputaties

Risicogroep 0, patiënten met laag risico

Geen

Geen

Geen

Geen

Risicogroep 1, patiënten met matig risico

Omwille van een slechte werking van het zenuwstelsel verliezen ze gevoeligheid in de voet

 

Geen

Geen

Geen

Risicogroep 2a, patiënten met hoog risico

Omwille van een slechte werking van het zenuwstelsel verliezen ze gevoeligheid in de voet

Er ontstaan lichte misvormingen aan de voet zoals duidelijk zichtbare metatarsaalkoppen (einde van het middenvoetbeen - ter hoogte van het begin van de tenen) met minimale eeltvorming en/of soepele hamer- of klauwtenen en/of de grote teen die beperkt naar buiten groeit (hallux valgus)

Geen

Geen

Risicogroep 2a, patiënten met zeer hoog risico

Omwille van een slechte werking van het zenuwstelsel verliezen ze gevoeligheid in de voet

Ernstige orthopedische misvormingen

Geen

Geen

 Risicogroep 3, patiënten met een extreem hoog risico

Patiënten die aan één van volgende voorwaarden voldoen

  • Charcot artropathie of de zogenaamde ‘Charcot voet’. Dit is een specifiek probleem van een diabetesvoet waarbij enkele botten van de voet ‘instorten’. Het gevolg zijn vormafwijkingen in de voet en problemen bij het wandelen. Eventueel kan hierbij een wonde onder de voet ontstaan.
  • Voorgeschiedenis van ulcus (open beenwonde) of amputatie
  • Vaatlijden in de benen (perifeer vaatlijden): er vloeit te weinig bloed naar de benen (omwille van een vernauwing van de slagaders)